Beschouwingen van een Hollands meisje in Andalusië

Rust, reinheid en regelmaat

Rust, reinheid en regelmaat

Rust, Reinheid en Regelmaat.
Ach, wat heb ik dát mijn moeder vaak horen zeggen in mijn jeugd en nu pas begrijp ik echt wat ze daarmee bedoelde.
Met de reinheid zit het wel snor. Ik douche, schrob, scheer en scrub dat het een lieve lust is en ook huis en haard zijn immer op orde. Bij mij geen vuile bordjes op het aanrecht, een krant op de vloer, volle kasten of een onopgemaakt bed.
Het is een tic, het bevalt me maar … het is voor mij ook bittere noodzaak.
Mijn leven is een vreemde rollercoaster. Altijd geweest en lang niet alle levensgebeurtenissen heb ik zelf in de hand maar een schone, opgeruimde en minimalistische leefomgeving kan ik wel degelijk zelf creëren en dat werkt voor mij.

Aan regelmaat heeft het me altijd ontbroken en ik denk niet dat het ooit veranderen zal. Ik ben een zondagskind en heb veel bijzondere dingen in mijn leven meegemaakt. Nog steeds trouwens.
Acht volle jaren heb ik op een luxe cruise schip gewerkt, tien jaar lang heb ik met mijn vorige man een geweldig restaurant gehad en de afgelopen zeventien jaar leef ik samen met mijn absolute (maar o zo bijzondere) tegenpool Alexander.
Ik kwam in het schouwburg-leven terecht, begon mijn eigen gastenappartement in Deventer, en toen het er op begon te lijken dat ik de boel wel op de rit had, kwam daar opeens onze emigratie naar Spanje om de hoek kijken. Alle, zorgvuldig opgebouwde routine viel weg.
Je maakt weer een nieuwe start. Je moet jezelf weer overnieuw uitvinden en dat is een flinke klus.

Rust, reinheid, regelmaat, ego en witte wijn

En dan nú pas, zoveel jaren later, begin ik te begrijpen hoe rust voor mij werkt en dat het een zaak van de geest is.
Het is de rust in mijn hoofd die momenteel de hoogste prioriteit heeft. Geestelijke rust. Innerlijke rust.
Ik neem mezelf niet meer zo serieus, pak veel meer vrije tijd dan ik ooit had durven denken, laat m’n ego een beetje voor wat het is en bedenk me dat ik maar één leven te leven heb.
Ik drink nog steeds en niet zo’n beetje ook.
Toch komt er rust in m’n hoofd. Het moet het Spaanse land wel zijn.
Ach, wat maak ik toch nog veel fouten en er zullen er ongetwijfeld nog vele volgen maar deze Borrelboeddhist is op de goede weg. Ik voel het aan m’n mineraalwater.

Van al mijn kennissen en vrienden, ken ik er slechts twee die niet drinken. De ene omdat ze met de zelfde toestanden te maken had als ik (en is jaloersmakend vergevorderd) en de ander omdat drank haar gewoon niets doet. Heel soms en puur voor de ‘gezelligheid’, doet ze wel eens een drankje mee maar alcohol boeit haar eigenlijk niet zo.
Laatstgenoemde is mijn favoriete vriendin. Zij is degene die de meeste van mijn, in alcohol gedrenkte avonturen en blunders van dichtbij heeft meegemaakt. nog steeds. Het arme wicht.
‘Vind je het moeilijk’, vroeg ze me pas?
Het antwoord is JA! Ik moet wel de tijd krijgen. En die neem ik. Ongegeneerd.
Dat heb ik in ieder geval al wél onder de knie.